maandag 8 december 2008

Herkennen van vis met video of bij het aquarium






Earli, Bergen Noorwegen



Novel ways towards knowledge acquisition in biodiversity: dynamic visualizations on mobile devices vs. traditional learning with preserved specimens

Vanessa D.I Pfeiffer, University of Tuebingen, Germany

Studenten biologie krijgen les in het kunnen onderscheiden van de specifieke kenmerken van een barbeel. De vis kan herkend worden aan zijn specifieke rugvin en de 4 baarddraden bij zijn bek. In het traditioneel onderwijs wordt gebruik gemaakt van foto’s of dode vissen, waarbij de studenten op de traditionele manier uitgelegd krijgen wat de specifieke kenmerken zijn en hoe de vis te herkennen is. Het gebruik van nieuwe media bijv. video ondersteuning naast het traditionele onderwijs werd afgezet tegen het meenemen van de studenten naar een aquarium waar ze de vissen in het echt konden aanschouwen en bekijken. Uit het onderzoek bleek dat er geen verschil is tussen de beide resultaten. Blended learning levert betere resultaten op dan traditioneel onderwijs, maar het in het echt bekijken van de vissen leverde geen extra resultaat op.
Helaas was ze zelf zo enthousiast en overtuigd van de extra toevoeging door de studenten naar een aquarium mee te nemen, omdat ze dat zo’n goede ervaring vond, dat ze de uitkomsten van het onderzoek daardoor een beetje te niet deed.

donderdag 4 december 2008

Opening Online Educa Berlin

Vanmorgen is Online Educa Berlin gestart met o.a. een presentatie van Michael Wesch over de future of education, een goed en snel verhaal over de ontwikkelingen op het gebied van web 2.0 en de impact ervan op leren en onderwijs. Op de elearning blog kun je reacties lezen.

Michael Wesch
Dubbed "the explainer" by Wired magazine, Michael Wesch is a cultural anthropologist at Kansas State University exploring the impact of new media on human interaction. After two years studying the effects of writing on a remote indigenous culture in the rain forest of Papua New Guinea, he has turned his attention to the impact of social media and digital technology on global society. His videos on technology, education, and information have been viewed over seven million times and are frequently featured at international film festivals and major academic conferences worldwide. Wesch has won several major awards for his work, including a Wired Magazine Rave Award and the John Culkin Award for Outstanding Praxis in Media Ecology. He is also a multiple award-winning teacher whose teaching projects are frequently featured in the Chronicle of Higher Education and other major media outlets worldwide. Wesch is currently serving on the Editorial Board of Advisors for Encyclopaedia Britannica.

Gisteren hebben we met de aanwezige Avansdirecteuren de Avans visie op elearning besproken en geinventariseerd welke vragen bij hun leven over de rol van elearning en met welke onderwerpen zij tijdens de conferentie aan de slag willen. Thema's zijn:
- de verwachtingen van generation Y (ook bekend als net generation, digital natives, Einstein generatie);
- de mogelijkheden voor toepassing van social software (web 2.0) in het onderwijs;
- gebruik van ict om de werkdruk van docenten te verlagen.
Vrijdagavond kijken we samen terug op de conferentie en proberen concrete projecten/activiteiten te benoemen die we in de komende periode samen gaan aanpakken.

maandag 1 december 2008

Getting W.I.L.D ( Wireless Interactive Lecture Demonstrator)in the classroom
Darren Mundy, University of Hull
Somnambulism of wel slaapwandelen!
Met deze woorden begon Darren Mundy zijn presentatie!Zijn doel was, net zoals bij Marc Premsky: How to engage the student? Mundy wil de studenten zoveel mogelijk op een interactieve manier betrekken bij het leren, rekening houdend met de verschillende leerstijlen en cultuurverschillen.Hoe houd je de studenten betrokken en bij de les? Hoe voorkom je dat ze slaapwandelend en verveeld je lokaal uitgaan?
Vraag die hij zich stelt is: Can technologically enhanced interactive lectures, improve the effectiveness of dialogue based lecture sessions?
Hij had een inspirerend verhaal over de toepassing van technologie in het klaslokaal en dan met name gebruik van PDA’s( personal digital assistants), naast laptops en smartboards. Opvallend in onze ogen was, dat er nog verschillende deelnemers bij deze presentatie waren, die nog nooit van een smartboard gehoord hadden!
Tijdens deze presentatie wilde Darren Mundy met name reflecteren op gebruik van diverse nieuwe tools om te kijken of de student op deze manier ipv een passieve consument veranderd was in een actieve consument. Hij gaat er van uit dat studenten met name leren door de socratische benadering, door de dialoog de discussie met elkaar. Zijn hypothese was dat de studenten, omdat ze anoniem en vrij , via hun PDA konden reageren op de sheets van de docent , antwoorden zouden geven die je verbaal niet zo vlug zou geven.Wat blijkt nu uit zijn onderzoek: studenten zijn vooral bezig met hun PDA, of laptop maar discussiëren minder dan zonder deze technologische vernieuwingen. Zijn vooral op zichzelf gericht.
Resultaat: nieuwe technologie heeft de mogelijkheid en de kracht om de interactie tussen de studenten in de omgeving van een klaslokaal te veranderen. Voornaamste is de poging die gedaan wordt om de studenten op een andere manier te betrekken, te enthousiasmeren! Conclusie van Mundy nav dit onderzoek is, dat lesgeven op deze manier een andere manier van lesgeven is, maar niet per definitie meer en andere antwoorden oplevert dan de manier van lesgeven zonder deze technologische toepassingen!

vrijdag 28 november 2008

Vroedvrouw


Noorwegen, Bergen
Earli congres 2008

Deze workshop start met de visie op leren. Deelnemers krijgen de opdracht om hun visie te vatten in een tekening. Vervolgens presenteert Thomas Vibjerg van de universiteit in Aalborg de visie op leren die zij hanteren. In het model maken zij gebruik van een parameter van eigen verantwoordelijkheid naar meer controle van buitenaf. Tussen deze twee uitersten onderscheiden zij meerdere onderwijsvormen:
- self initiated, creative learning;
- independent learning in a given framework;
- elementary, instruction
- behavioral, programmed learning
- classical conditioning

Vervolgens laat Thomas de deelnemers twee voorbeelden zien die zij hebben ontwikkeld rond informatievaardigheid.

SWIM
Het programma heet Streaming Webbased Information Modules (SWIM). Het is een zogenaamde ‘social simulation’ met als doel studenten te ondersteunen bij het zoeken naar informatie en het schrijfproces. Van de website: ‘The project objective is to support students in the acquisition of information literacy skills, particularly when using web-based information resources supported by Denmark's Electronic Research Library’ (bron: http://www.swiminfo.dk/english.html) Het programma is in het Engels en online beschikbaar voor iedereen. Als student kijk je naar verschillende filmpjes waarin een groepje van 3 studenten samen werken. Ze doorlopen gezamenlijk het zoek- en schrijfproces. Jij bent het vierde groepslid en krijgt na ieder filmpje drie keuzes voorgelegd. Afhankelijk van je keuzes, krijg je aan het eind van het hele proces feedback. In totaal is het zoek- en schrijfproces opgedeeld in zes hoofdscènes.

http://www.swim.aau.dk/swim_uk.html

Mijn buurman in de sessie is Ed Urlings, innovatiemanager van ROC Zeeland. Hij vertelt over de invoering van het 4C/ID-model binnen de ROC. Deze vorm, de ‘social simulation’, zou volgens hem goed passen binnen het model. Het is een zogenaamde ‘modelling example’, een begrip waar Van Merriënboer ook over spreekt.

Oda’s diary
Een ander voorbeeld om studenten te helpen informatievaardiger te worden is Oda’s diary. Via het dagboek van Oda kun je het proces dat zij heeft doorgemaakt week per week nalezen. Onze groep, die bestond uit vier Nederlandstalige mannen, bleef steken bij het woord ‘midwife’ . Daar spreekt Oda over. Een midwife is een vroedvrouw. A ha! Oda wil vroedvrouw worden, dat is het onderwerp.
Het idee van het dagboek vind ik wel mooi. Studenten volgen het verhaal van een fictief persoon. Welke keuzes heeft zij gemaakt? Waar is ze mee begonnen? Wat heeft ze ervan geleerd? En je krijgt meteen inzicht in de aanpak die zij heeft gehanteerd.

http://www.sokogskriv.no/english/advanced/oda/index.html

What is the effect of the use of knowledge sources and what is the influence of reasoning skills?

Bergen, Noorwegen
Earli congres 2008


Wolter Paans van de Hanzehogeschool gaf een interessante presentatie getiteld: What is the effect of the use of knowledge sources and what is the influence of reasoning skills? Onderzoeksvraag: Ziekenhuizen constateerden dat verpleegkundigen problemen hebben met het corr3ect formuleren van de juiste diagnose (niet goed of incompleet) o.a. ten beoeve van de overdracht. Het onderzoek was twee-ledig: het effect van het gebruik van handboeken werd onderzocht en daarnaast de invloed de zogenaamde 'knowledge en reasoning skills'. Studenten kregen een beschrijving van een case en daarna zagen ze ook daadwerkelijk de patiënt. Uit het onderzoek bleek dat studenten en verpleegkundigen die tijdens het opstellen van de diagnose de beschikking hadden over handboeken en voorgestructureerde formulieren een betere diagnose opstelden dan de groepenn die geen hulpmiddelen ter beschikking hadden gekregen. Van de 6 diagnoses die opgesteld werden tijdens het onderzoek waren er 2 fout (i.p.v. Suikerziekte werd er alcoholisme geconstateerd ondanks het feit dat in case duidelijk was aangegeven dat mevrouw nooit dronk mu.v. het glaasje gisteren waarna ze flauwviel). Tijdens de opleiding leerden studenten gebruik te maken van handboeken maar eenmaal werkzaam in de praktijk gingen veel verpleegkundigen er vanuit dat kennis reeds aanwezig was in het hoofd en verder werden de handboeken ook niet gebruikt door tijdgebrek. De conclusie van het onderzoek was dat de uitkomsten gevolgen moesten hebben voor zowel praktijk als beleid. Mogelijke oplossingen: meer aandacht voor reasoning skills, inzet van ict (bijv. devices waarop 'nursing diagnosis' geraadpleegd kan worden) en ook mindmapping meer inzetten tijdens opleiding om diagnostische vaardigheden te verbeteren.
Website lectoraat: www.hanze.nl/transparantezorgverlening.

Blended learning please

Bergen, Noorwegen
Earli congres 2008

Peter Roels van de KU Leuven vertelt over een 'Computer Assisted Instruction'(CAI), ontwikkeld met Question Mark Perception rond een specifiek onderwerp: celdeling. Het doel van de ontwikkelde ‘questionaire’ is het verwerven van hogere orde kennis op een adaptieve en zelfstandig te doorlopen manier.

Voordelen van CAI
Volgens Peter heeft het ontwikkelen van CAI enkele voordelen:
- Je kunt studenten voorzien van onmiddelijke, uitgebreide en antwoordspecifieke feedback;
- Het is mogelijk om adaptieve leerroutes te ontwikkelen door remediale zijpaden toe te voegen;
- Het tempo waarin geleerd wordt bepaald de student zelf.

Onderzoeksvragen:
1. Is het mogelijk om met CAI te differentiëren?
2. Is het leereffect van CAI vergelijkbaar met een hoorcollege?
3. Hoe waarderen studenten CAI?

Differentiatie
Uit het onderzoek blijkt dat studenten verschillende leerroutes doorlopen. In totaal zijn binnen het inhoudsgebied van celdeling 9 remediale routes ontwikkeld. Sommige routes zijn door de meeste studenten geraadpleegd. Andere routes veel minder. Er is dus een variatie in het raadplegen van de verschillende remediale routes.

Leereffect
Bij zowel de experimentele als de controlegroep was het leereffect laag. Het verschil tussen de pretest en de posttes liet een kennistoename zien van 35% naar 55%. Op korte termijn leek het hoorcollege iets meer effect op te leveren. Op lange termijn was dat vergelijkbaar.

Peter geeft enkele mogelijke verklaringen voor het lage leerrendement. Het onderwerp en de intrinsieke complexiteit van het onderwerp motiveren de student nauwelijks. Wellicht zijn andere onderwerpen beter geschikt. Daarbij zien weinig studenten het nut van het maken van een posttest. Ze hebben immers hun cijfer toch al gehad.

Waardering
Studenten waarderen de CAI hoger waar het gaat om de uitdaging. Door de vraag en antwoord methode wordt je meer uitgedaagd om na te denken dan tijdens een hoorcollege: “A lecture is told by the lecturer!”
De studenten geven wel aan behoefte te hebben aan een uitgebreidere introductie. Op de vraag ‘Welke methode heeft je voorkeur?’ antwoorden de meeste studenten dat ze eerst een goede introductie willen om daarna zelfstandig aan de slag te gaan met CAI. Ze vragen met andere woorden om een vorm van Blended Learning.

Conclusies:
- Differentiatie met CAI is mogelijk;
- CAI is even effectief als een hoorcollege;
- Studenten worden meer uitgedaagd door CAI in vergelijking met een hoorcollege;
- Studenten vragen naar Blended Learning

De rol van herhaling

Bergen, Noorwegen
Earli congres 2008

Geoff Hilton vertelt aan het begin van zijn presentatie dat hij al veel langer het sterke gevoel had dat het maken van een videoproductie het leren versterkt. Uit diverse onderzoeken blijkt dat ook volgens hem, maar hoe en waarom is dat zo? Geoff richt zich in zijn onderzoek op de rol van herhaling.

Foto volgt nog

In het onderzoek zijn groepen kinderen gevolgd die bezig zijn om de werking van een balans te onderzoeken. De ene groep kreeg de opdracht om voor de andere leerlingen een poster te maken van hun bevindingen. De andere groep kreeg de opdracht om een videoproductie te maken. De werking van een balans is onder te verdelen in vijf niveaus, oplopend in complexiteit:

Foto volgt nog

Wat uit het onderzoek van Geoff blijkt is dat de kinderen die de opdracht krijgen om een videoproductie te maken een hoger niveau van complexiteit bereiken. De helft van de kinderen behaalde dit hoogste niveau. Van de groep kinderen die een poster hadden gemaakt bereikte slechts een achtste het hoogste niveau.

5 levels of complexity

Het verschil kan worden verklaard door datgene wat Geoff ‘rehearsive behaviours’ noemt. Vrij vertaald: 'herhalingsgedrag'. Het gaat in ieder geval om het feit dat het maken van een video bepaald gedrag oproept bij kinderen, ze worden uitgedaagd om hun uitleg meerdere malen te herhalen. Voordat je een video-opname maakt, denk je in de voorbereiding herhaaldelijk na over de uitleg die je gaat geven. Het maken van een poster stimuleert dit gedrag niet. Daar komt bij dat de kinderen rekening houden met hun publiek. De tekst op een poster is anoniem, maar een video is heel persoonlijk. Iedereen kan het zien en horen! Het bewustzijn van een publiek stimuleert dus ook de ‘rehearsal behaviour’. Het maken van een video is naar buiten gericht. Geoff heeft tijdens zijn observaties kinderen vaak horen zeggen: “Nee, dat snappen ze niet!” Het maken van een poster daarentegen doe je volgens Geoff meer voor de docent en voor een goed cijfer.

Geoff maakt onderscheid in vier typen van herhaling (Rehearsal Types):
- personal silent,
- personal oral,
- group getting passed from person to person,
- peer assisted.

Van ieder type toont hij een filmpje.

4 filmpjes volgen nog.

Geldt dit ook voor het hoger onderwijs?!
In de discussie vertelt een universitair docent dat zij dezelfde methode hanteert voor haar studenten. Zij noemt videoproductie een uitermate krachtige leermethode om studenten uit te dagen en te activeren.

Slecht plan

Bergen, Noorwegen
Earli congres 2008


'Bad plans of approach lead to troublesome projects'. Om daar iets aan te doen heeft Steven Nijhuis (Hogeschool Utrecht) een digitale coach ontwikkeld die studenten helpt bij het schrijven van een plan van aanpak.

Het probleem is volgens Steven dat studenten het opstellen van een plan moelijk vinden en bovendien dat zij het niet beschouwen als een onderdeel van het echte werk, namelijk het produceren van resultaten.

In een kleinschalig onderzoek heeft Steven onderzoek gedaan naar het zelfsturend vermogen van studenten: ‘Will a digital coach help to learn to think for themselves?’ De ontwikkelaars van de tool denken dat de digitale coach helpt. Critici zetten daar vraagtekens bij. Een procedure laat zich niet eenvoudig in een digitale tool vatten. De centrale vraag: Will it help?

Mogelijke oplossingen voor het probleem zijn:
- betere handleidingen en cursussen over projectmanagement;
- frequente interactie tussen docent en student;
- digitaliseer de docent: a digital coach.

De onderzoeksvraag: Is er een manier om studenten digitaal te ondersteunen bij het maken van een plan van aanpak?

Wat is de digitale coach?
De digitale coach is niet meer dan een vragenlijst die studenten moeten invullen. Dat doen zij in een excelsheet. De vragen zijn zorgvuldig samengesteld door experts op het gebied van projectmanagement. De vragen zijn voorzien van voorbeelden. Hier kan de student gebruik van maken. De digitale coach is vrij toegankelijk voor iedereen die er gebruik van wil maken.

https://www.surfgroepen.nl/sites/Ontwerpprojecten/DC/default.aspx

In de workshop laat Steven de deelnemers ervaren hoe het is om met de vragenlijst te werken. Het valt ons op dat het een beroep doet op hogere orde denken; je wordt echt aan het denken gezet. Enkele vragen:
Wat is de opdracht? Wat wil de opdrachtgever bereiken?
Wat moet je doen? Wat moet je maken van de opdrachtgever?
Hoe is de situatie nu? Wat is er aan de hand bij de opdrachtgever en waarom is dat vervelend?
Zijn er anderen bij het project betrokken dan de opdrachtgever? Wat willen die?
Waarom nu? Waarom heeft de opdrachtgever het probleem nog niet zelf opgepakt?

Resultaten
Studenten waarderen de digitale coach positief. 91% denkt dat het een bijdrage levert aan het verbetren van hun plan. 59% gaat de vragenlijst de volgende keer weer gebruiken. 77% is voornemens om de digitale coach aan te bevelen bij anderen. En 91% vindt dat het beschikbaar moet zijn voor iedereen. Maar leidt het ook tot betere plannen van aanpak?! Daar wordt geen antwoord op gegeven. De meeste deelnemers aan de workshop zijn het wel eens met de stelling dat de digitale coach helpt bij het voorkomen van fouten.

Ik denk dat de digitale coach een handig hulpmiddel is bij het opstellen van een plan van aanpak. Ik denk dat ik het zelf ook wel ga raadplegen, maar het is niet meer dan een goed hulpmiddel. Het kan de docent niet vervangen en dat lijkt mij ook helemaal niet wenselijk. Daarvoor is het maken van een plan van aanpak blijkbaar een te complexe vaardigheid en dat vraagt om gerichte begeleiding en feedback. Studenten kunnen wel gevraagd worden eerst de vragenlijst in te vullen. Dit is dan onderwerp van gesprek. Dat scheelt tijd en geeft input voor de gerichte begeleiding. Studenten kunnen ook elkaars plannen beoordelen. Vaak zien ze de fouten bij de ander eerder dan bij zichzelf.

donderdag 27 november 2008

Designs of teaching & learning environments that have worked

François Lombard
Designs of teaching & learning environments that have worked : attempting to generalize?
Bij de start van deze presentatie stelde Lombard dat deze eigenlijk over kennisontwikkeling gaat, en ook aansluit bij een eerdere presentatie van STOAS (Bert Reijnen) over de ‘knowledge creation spiral’.

Lombard stelt dat het echte probleem in deze tijd niet zozeer de informatie-overload is, maar het feit dat informatie uit verschillende bronnen, van verschillende kwaliteit en verschillende structuur is. Studenten moeten daarom constant selecteren en kennis integreren in samenhangende gehelen. Opdracht voor de docent is de studenten daarbij te faciliteren.

1e voorbeeld van design dat werkt: wiki waarin alle studenten een analyse van een artikel moeten schrijven (in dit geval binnen vakgebied biologie).
Wat de docent hierbij doet is een duidelijke opdracht formuleren (‘lees een artikel, schrijf er een analyse over en zet die in de wiki’). Stel als docent daarbij duidelijke deadlines en geef lees- en schrijfregels.
Van groot belang hierbij is om vragen te formuleren die focussen (focus door de vragen en niet op de vragen).

Het 2e voorbeeld wat Lombard beschreef is van IBL-design (Inquiry Based Learning) bij het vak biologie in de hoogste klas van het voortgezet onderwijs, gericht op empowerment van studenten om complexe wetenschappelijke concepten te leren, waarbij wetenschap (science) wordt gebruikt als een manier om kennis te creëren. De gehanteerde werkwijze:
elicit questions - experiment, observe, read - compose questions & answers - present/discuss - reframe.
Essentieel verschil met meer traditionele opvattingen over de wetenschappelijke methode van onderzoek is dat inquiry een cyclisch proces is, niet lineair!
Resultaat van dit proces is dat studenten met elkaar een betekenisvol document opleveren, in dit geval een soort ‘brochure’ die ze kunnen gebruiken om zich op de toets voor te bereiden.
Studenten vonden deze aanpak efficiënt, en een goede voorbereiding op hun studie aan de universiteit.
Essentieel is (ook) hier: de vragen sturen wat de student aan informatie zoekt (en hopelijk vindt). Als docent moet je nadenken over wat jij als docent zou willen dat studenten willen weten (en hoe je dat kunt beïnvloeden)!

Als belangrijke ontwerpregels noemde Lombard o.a.: 1) Focus op de rol van de lerende en 2) Zorg dat de rol van het te produceren document (of bijvoorbeeld een wiki) helder is voor alle betrokkenen. Meer ontwerpregels worden in de handouts (t.z.t. zullen Powerpointpresentatie ook online beschikbaar komen) wel genoemd, maar zijn tijdens de presentatie niet meer aan bod gekomen.
N.B.: Eigenlijk was deze presentatie een sterk pleidooi voor de ontwikkeling van informatievaardigheid bij studenten!

Aan het einde van de sessie kwam nog een interessante kwestie ter sprake betreffende de rol van de docent. Die rol verandert van kennisexpert of –leverancier naar kennismakelaar. Wat betekent dat voor de autoriteit van de docent en daarmee voor de betrokkenheid (involvement) van studenten? Hoe kijken de studenten tegen jou als docent aan? Wat is jouw rol nog als ze prima in staat zijn hun eigen kennis te creëren?
Een aardige kwestie om nog eens verder over na te denken, want voor veel docenten is dit niet altijd makkelijk ………..

Leerstijlen: een longitudinale studie


Sandra Fleming en collega’s hebben op het Trinity College in Dublin binnen de bacheloropleiding tot verpleegkundige onderzoek gedaan naar veranderingen in leerstijl gedurende de 4-jarige opleiding. Meer specifiek was de vraag: verandert de dominante leerstijl gedurende de opleiding? Bij dit onderzoek (respons 53% na 4 jaar) is gebruik gemaakt van de Learning Style Questionnaire van Honey en Mumford (2000), gebaseerd op de theorie van Kolb, bestaand uit 80 vragen.


Deze leerstijlentest maakt onderscheid in de leerstijlen activist, reflector, pragmatist en theorist (enige gelijkenis met Kolb lijkt hier aanwezig).
De dominante leerstijl van de verpleegkundestudenten blijkt op basis van dit onderzoek die van reflector te zijn, zowel bij de start als aan het einde van de opleiding. Gedurende de opleiding treden dus weinig veranderingen op. Bovendien is geen correlatie te vinden tussen één van de vier leerstijlen en resultaten binnen de opleiding (aan einde 1e jaar of einde 4e jaar). In de discussie na afloop van de presentatie werd o.a. ingegaan op de vraag of ‘reflector’ eigenlijk een gewenste leerstijl is voor een verpleegkundige. Dat lijkt mij een leuke vraag om verder te onderzoeken!

woensdag 26 november 2008

Bergen update 1: de waarde van zelfevaluatie

Hierbij een update van de PBPR-conferentie tot nu toe.
Vandaag heb ik, naast de keynote waarover Ronald al eerder berichtte, 3 paperpresentaties en 1 workshop bijgewoond.
De eerste presentatie ging over de waarde van zelfevaluatie bij peer tutoring in de opleiding kinesiologie (fysiotherapie in Vlaanderen). Het uitgevoerde onderzoek (Leuven) leverde als resultaat op dat het invoeren van een formeel zelfevaluatiemoment in een bepaalde trainingsopzet voor het leren beheersen van Basic Life Support géén positief effect had op de performance van de studenten. Volgens de onderzoeker (Peter Iserbyt) duiden de resultaten erop dat zelfevaluatie op zich nog niet leidt tot betere leerresultaten, maar dat het nodig is dat studenten in paren reflecteren of evalueren, of dat zij geschikte 'instructional tools' (niet nader gedefinieerd) gebruiken.
Volgens Iserbyt redenen genoeg om het belang van individuele evaluatie en reflectie nader te overwegen!

Wees niet blind

Prof. Dr. Lily Orland Barak is de eerste keynote-speaker op het Earli-congres. Zij spreekt over kennisconstructie in onderwijsleergesprekken. De strekking: Het leereffect van onderwijsleergesprekken wordt vele malen groter wanneer docenten/mentoren het belang van sociale en culturele aspecten erbij betrekken.

Om haar verhaal kracht bij te zetten heeft ze een onderwijsleergesprek tussen een joodse docent en een arabische student ontleedt. In het voorbeeld komt duidelijk naar voren dat de docent en de student enorm van elkaar verschillen. Dit komt het effect van het leergesprek niet ten goede. Aan het eind van het betreffende leergesprek heeft de docent wel het idee dat de student veel geleerd heeft. Ze legt vooral het accent op haar eigen rol. Ze heeft gespiegeld, geparafreseerd en open vragen gesteld. Dus goed gedaan, maar daar denkt de student anders over. Nog sterker, in een vergelijkbare situatie die lijkt op de situatie die in het gesprek is behandeld zou hij/zij nog niet weten wat hij/zij de volgende keer anders zou doen. De zorg is nog even groot, zo niet groter. “De docent was metaforisch blind voor de ‘inner voice’ van de student,” zegt Orland Barak. De student heeft anders gezegd weinig baat gehad bij het onderwijsleergesprek.

De boodschap van Orland Barak: Wees bewust van sociale en culturele aspecten in onderwijsleergesprekken. Die uiten zich in verschillende interpretaties van…
- De rol
- Waarden en overtuigingen
- Leermethodiek
- Ideologie
- Leerinhoud
- Verwachtingen
- Taal

dinsdag 25 november 2008

Aangkomen in Bergen, Noorwegen



Vandaag aangekomen in Bergen/Noorwegen voor de PBPR (= Practice-Based Practitioner research)- conferentie met als titel/thema "Knowledge creation and optimal teaching and learning environments; what works?".


De conferentie begint pas morgen wat ons (Han, Ronald en Hanneke, samen met collega's van de Marnix Aacdemie en Hogeschool Domstad) de gelegenheid gaf de bezienswaardigheden van Bergen te bezoeken. Bryggen, de Fishmarket en de fjorden in de omgeving hebben we in ieder geval al gezien. De laatste trouwens vanaf het bergstation van de Floibanen (= kabelbaan), waar we in een waar wintersportlandschap terecht kwamen, waar ook gesleed en geskied werd! Inmiddels maakt de voor Bergen gebruikelijke regen snel een einde aan de witte wereld, dus: op naar de conferentie morgen!

Meer informatie over de conferentie zelf is te vinden op http://www.earli-pbpr.org/nqcontent.cfm?a_id=251

woensdag 6 februari 2008

Connectivisme

Educause ELI 28 januari 2008

George Siemens

Connectivisme: Rethinking Curriculum, Knowledge & Learning








George Siemens heeft het connectivisme geïntroduceerd. De toenemende complexiteit, onder andere veroorzaakt door de informatie-explosie, was voor Siemens de aanleiding om ´leren´opnieuw te overdenken. Complexiteit is onvoorspelbaar net als het weer. Inspiratiebronnen waren voor hem onder meer het werk van Thomas Kuhn (conceptueel) en Freeman Dyson (tool-driven).

Siemens zoomde in zijn presentatie in op ´collective intelligence´, een begrip dat ook in het Horizon report 2008 terugkomt. Het gaat hier om ´embedded knowledge´ kennis die in groepen van individuen en netwerken ontstaat en snel getraceerd kan worden. Hij noemde als voorbeeld de WHO die nieuwe ziekten snel kunnen opsporen en virussen kunnen determineren vanwege hun uitgebreide netwerken. De netwerken kunnen zich op verschillende niveaus afspelen: neurale netwerken, conceptuele netwerken, fysieke netwerken en externe netwerken (buiten). Nieuwe tools geven ons de mogelijkheden om netwerken te vormen denk aan bijvoorbeeld wiki´s en blogs. Ook heeft iedereen ´heroes´ die hij in het netwerk kan inbrengen. Volgens Siemens worden netwerken in het onderwijs nog onvoldoende begrepen.

In het connectivisme wordt kennis gezien als proces en resultaat van netwerken. Leren is verbinden en creëren. Het onderwijs heeft als taak om systematische input te leveren zodat lerenden netwerken kunnen vormen. De taxonomie die onderwijs daarbij kan hanteren is een ´connecting taxonomie´ die bestaat uit:

1. bewustwording (awareness and receptivity)
2. verbindingen vormen (blogs, wiki´s, faceboek)
3. bijdragen leveren/betrokkenheid
4. patroonherkenning
5. betekenis geven
6. praxis
7. reflectie


Volgens Siemens is het curriculum in netwerken voortdurend aan verandering onderhevig (create, co-create en recreate) en zal het curriuculum steeds opnieuw gevalideerd worden. Dat gebeurt niet meer op de klassieke manier maar vindt plaats door middel van de ´fifth estate´. Dit begrip is afkomstig van William Dutton en wil zeggen dat door kritische participanten in het netwerk, met behulp van internet en nieuwe tools, controle en correctie plaatsvindt. Je kunt dit al zien aan de snelle reactie op blogs (!!) en de vorming van wiki´s.

dinsdag 5 februari 2008

Onderzoek naar Metacognitie ELI San Antonio

Marsha C. Lovett , Research Professor Carnegie Mellon University.
Eberly Center for Teaching Excellence Associate

Hoe kunnen we studente helpen om succesvolle leerders te worden? Volgens Marsh Lovett heeft het zin om meer aandacht voor metacognitie , het denken over eigen denkprocessen en strategieën, te hebben. Docenten hebben vaak onvoldoende kennis of besteden onvoldoende aandacht aan dit thema terwijl onderwijs in metacognitie het leerproces verbetert. Het gaat dan om interventies die gemakkelijk in het onderwijs ingebouwd kunnen worden, die weinig kosten en een grote impact hebben op leerprocessen. Haar advies was dan ook : geef studenten feedback op hun studiestrategie, niet alleen op de inhoud. In haar voordracht werden recente onderzoeksresultaten gepresenteerd. Ze heeft daarin de effecten van interventies onderzocht aan de hand van experimentele designs (met behulp van controlegroepen).

Studenten blijken vaak vaste overtuigingen te hebben over leren bijvoorbeeld leren moet snel en gemakkelijk gaan in plaats van hard werken voor resultaat. Ook wordt nogal eens gedacht dat goed kunnen leren aangeboren is in plaats van een vermogen dat je kunt ontwikkelen. In de onderzoeksopzet is van het volgende denkraam gebruikt:

beliefs -> learning goals & self-efficacy -> productive strategy -> learining performance gains

Een paar onderzoeken:
Aan de Stanford University werd een programma van 8 weken ontwikkeld waarin twee vergelijkbare groepen eerstejaars studenten aan verschillende interventies werden blootgesteld. De studenten uit de ene groep volgden een aantal workshops met de metacognitieve training ´the brain as a muscle´ en de andere groep kreeg een geheugentraining aangeboden. Resultaat: Op korte termijn veranderde de ´beliefs´ van studenten positief in de metacognitieve groep. Op lange termijn werd vastgesteld dat in de metacognitieve trainingsgroep de ´beliefs´ van studenten blijvend waren veranderd, dat de motivatie hoger was en dat er betere resultaten werden geboekt bij tentamens.

In een ander onderzoek werd het ´plannen´van studenten onder de loep genomen. Er is nagegaan hoe studenten plannen en wat hen beïnvloedt bij planning. Er zijn door middel van de ´talk aloud methode´ gesprekken gevoerd met studenten over hun studieplanning in de vorm van een training van 30 minuten. Ook hier werd gewerkt met een controlegroep. Deze korte training leverde al effect op: de studenten werden effectiever in hun planning: studenten bleken de tijdsinvestering beter in te schatten, eerder verworven kennis te activeren, resultaatgericht te denken en herinnerden zich de doelen. Kortom weinig training kan al behulpzaam zijn.

Volgens Marsha Lovett overschatten veel studenten hun handelen en mogelijkheden. Ze gaf dit grafisch weer in een overzicht waaruit het vertrouwen van studenten in eigen kennis blijkt en de feitelijk gemeten kennis. Uit haar onderzoek blijkt dat studenten bijvoorbeeld slecht zijn in ´selfmonitoring´ (planning en studiestrategie). Zij onderzocht het effect van ´wrappers´ bijvoorbeeld de ´homeworkwrapper´. Hoe werkt dat? Studenten beantwoorden zelfassessmentvragen over studievaardigheden voordat ze met huiswerk beginnen. Na afloop vindt opnieuw een zelfassessment plaats en worden conclusies getrokken. Dit is een ´quick and dirty´ methode waardoor studenten in staat zijn hun studiestrategie te analyseren. In onderzoek met een experimenteel design onder 1e jaars studenten bleek dat de interventiegroep beter scoorde ten aanzien van zelfinschatting en zelfvertrouwen. Studenten die de ´examwrappers´ gebruikten besteedden meer tijd aan de voorbereiding op de examens en bovendien leidde de ´wrappermethodiek´ tot nieuwe studiestrategieën. Haar devies is om de monitoring structureel in het onderwijs op te nemen.

Presentatie Michael Wesch ELI San Antonio

Presentatie van Michael Wesch, Assistant Professor of Cultural Anthropology, Kansas State University, 29 januari 2008 getiteld: ´Human Futures for Technology and Education´

In deze vlotte presentatie maakte Wesch duidelijk dat de digitale informatie technologie enorme implicaties heeft voor het onderwijs en ons dwingt opnieuw na te denken over hoe we leren, hoe we onderwijzen, en wie we onderwijzen. We moeten proberen deze implicaties beter te begrijpen. Volgens Wesch verschuift het accent van onderwijzen naar leren. Het gaat daarbij steeds minder om inhoudelijk vastliggende kennisgebieden maar om vloeiende kennis, datgene wat wij er van maken. Daardoor ontstaat ´collective intelligence´, expliciete kennis die opnieuw wordt geformuleerd door kritische outsiders (bijvoorbeeld door wikipedia) en impliciete kennis in netwerken. Hij launchte op dag van deze presentatie het volgende filmpje

http://nl.youtube.com/watch?v=NLlGopyXT_g&feature=related


Idee: een geweldige spreker voor de onderwijsdag.

zaterdag 2 februari 2008

Bezoek aan Texas Women's University

Let op: alvast een kort begin. Het bedoelde verslag volgt SNEL.

Zie hun motto!














In het gesprek kwamen veel uitspraken en voorbeelden naar voren die gericht waren op het ondersteunen, faciliteren, informeren en toerusten van hun docenten. Ze hadden dat deel goed op orde. We hebben hier weer wat dingen uitgehaald waar we morgen mee beginnen (een eLearning info Wiki bijvoorbeeld; denk er maar alvast over na).

Hun 100% eLearning onderwijs (beter hun distance learning) heeft er voor gezorgd dat ze in en paar jaar tijd gegroied zijn van 8.000 studenten naar 12.000 (waarvan dus ruimt 90% vrouw, waarvan weer erg veel ook nog werkend en moeder).

De baas deed aan het einde van de middag zomaar tussen neus en lippen door een uitspraak die hun drive weerspiegelt:
Our goal: "make faculty succesfull"

Enkele sfeerbeelden van een opmerkelijke lege campus ('s avonds toe we vertrokken was het al weer drukker).























Maar goed: ook dit is de US .... zelfs eigen politie!

bezoek aan St.Philips College in San Antonio


Op 30 januari bezochten we in San Antonio het St. Philips College, een ‘Community College’ dat onlangs de ‘Met life Foudation Award’ kreeg voor haar inspanningen op het gebied van ‘student engagement’ en ‘student retention’. We spraken met Luis Lopez (learningcentre), Burton Crow (bestuurdlid en onderzoeker), Audrey Mosley (Informatie technologie) en de vice president Pat Candia. Dit College is van oorsprong een zwarte (meisjes)school en heeft nog steeds een cultureel zeer diverse instroom. Het College is ten aanzien van retentie en engagement succesvol als gevolg van een aantal specifieke maatregelen. Eén daarvan is het AIR programma oftewel ‘Advisory in Residence Program’. Sinds 2003 worden ‘advisors’ (counselors, advisors in residence en faculty advisors) getraind om studenten te helpen bij planning, toetsing, aanvullende cursussen en voorbereiding op examens. Uit onderzoek blijkt dat dit programma een positieve invloed heeft op studiesucces in termen van minder uitval en meer kans op het halen van het diploma. Er is een sterke correlatie aangetoond tussen het programma, bijvoorbeeld de training in academische vaardigheden, en de toename van studentenretentie. Bij de FTIC studenten (First Time in College) studenten is het effect het gootst. Het college doet mee aan de CCSSE (Community College Survey Student Engagement). Dit VS brede opgezette survey wordt jaarlijks afgenomen en wordt gebruikt voor ‘benchmarking’ en niet zozeer om te concurreren met andere community colleges.
Het belangrijkste effect op 'engagement en retentie' wordt toegeschreven aan de persoonlijke betrokkenheid tussen docenten en studenten. Het cultiveren van is de relatie is essentieel. Elke student krijgt de kans relaties op te bouwen met docenten en met elkaar. Er ontstaan op St. Philips College als het ware familiale banden die zich soms ook na de studie voorzetten. Er is dus veel zorg voor de student. Er wordt momenteel geëxperimenteerd met learning communities (virtueel). De ondersteuning is decentraal georganiseerd. Zowel op het gebied van financiën, kinderopvang, on-line cursussen (bijvoorbeeld wiskunde en ‘critical thinking’) worden studenten op maat ondersteund. Computerprogramma’s worden ingezet om studenten te helpen bij de zelfregulering van de studie en het monitoren van hun inzet. Zodra studenten bijvoorbeeld te weinig uren aan hun studie besteden wordt dat computergestuurd gesignaleerd. Kansarme studenten met bijvoorbeeld weinig financiële support en andere problemen krijgen op St. Philips College de mogelijkheid om te studeren en eventueel applicatieprogramma’s te volgen (transferprogramma) om door te stromen naar gerenommeerde universiteiten (die overigens 10% van hun studenten van community colleges moeten aannemen zonder specifieke toelatingseisen ). De federale overheid zorgt voor financiële middelen van de studenten ($2000 per jaar). Kortom een college met veel specifieke aandacht voor de achtergrond van studenten, met een emancipatorische functie voor met name 1e generatie studenten, met een persoonlijke benadering, met systematisch onderzoek naar het effect van hun inspanningen ten aanzien van retentie en engagement.

Plaatjes bezoek Texas Woman's University

Op vrijdag brachten we een bezoek aan het distance learning center van de Texas Woman's University in Denton. Opnieuw een bron van inspiratie. Later in deze blog meer. Nu eerst wat plaatjes van de campus.








vrijdag 1 februari 2008

Plaatjes bezoek University of Texas

Vandaag hebben we een bezoek gebracht aan het Learning Center van de University of Texas in Austin. Hier eerst een plaatje van de drukte op de campus.

Studenten aan het werk op de gang.
De slogan van het Learning Center "Survive, Succeed, Excel" verbeeld aan de hand van een soort ganzenbord, waarin de rol van het Learning Center wordt uitgebeeld.


Drop-in tutoring wordt door het Learning Center ingezet als hulp voor studenten met problemen in "moeilijke" vakken als wiskunde.




In gesprek met de leiding van de tutoring afdeling.


Op de foto met de director van het Learning Center Alan Constant.

woensdag 30 januari 2008

Staat dit ons te wachten ....... ?

Ja, dat krijg je dan als we ver van huis zijn en goede ideeen krijgen.
We gaan onszelf en Xplora verder (virtueel) doorontwikkelen.
Wellicht kom je Niette en Tsjak (voorlopige werknamen) binnekort wel tegen in deze gedaante .......

of als .....







Het kan natuurlijk ook dat je Niette tegen komt als .....











Maar waarschijnlijk past toch het beste .......










Ook Tsjak kan in verschillende identiteiten voorkomen .....

Misschien kom je zelfs Eky nog wel tegen anchter haar bureau .....



Ook een klaslokaal en Xplora kan verschillende gedaanten aannemen, als we de studenten maar de ruimte bieden om helemal los te gaan met het vormgeven van hun eigen leeromgeving!























Meer betekenis geven aan data

Hoe kun je data slim bij elkaar brengen en daar nieuwe betekenis aan geven? Dit was het onderwerp van de workshop die werd gegeven door George Siemens en een collega. Zij gaven in vogelvlucht een beeld van nieuwe 'tools' die je kunt gebruiken om verborgen trends te visualiseren. Voorbeelden:

- MANY EYES om snel tekstanalyses te maken

- TWITTER waarmee je niet alleen kunt vertellen wat je op dat moment doet maar waarmee je ook kunt vaststellen waar de info vandaan komt, je kunt ahw een 'voetafdruk' maken

- XOBRI Analytics for Outlook om je 'email cycle' te bekijken

- QUINTURQ om relaties tussen onderwerpen op google te ontdekken

-WORLDMAPPER om de wereld met andere ogen te bekijken

In de vragenronde/discussie bleek dat deze 'tools' goed in te zetten zijn in allerlei onderwijssituaties en dat het 'critical thinking' van lerenden kan stimuleren. Ook voor onderzoekers zijn het krachtige instrumenten vooral om gegevens te aggregeren (meta). Dus misschien ook interessant voor het team onderzoek. Henk, Wil, Jan en Ger kennen jullie deze tools?

Opgelet: klik op dit geweldige filmpje over dataverwerking
http://www.youtube.com/watch?v=hVimVzgtD6w

Educational Publishing: Moving from the 18th to the 21st Century in One Step

Informatiespecialisten opgelet!!!

Bob Young is iemand die nadenkt over nieuwe mogelijkheden om gebruik te maken van informatietechnologie. Zijn laatste bedenksel is Lulu (http://www.lulu.com) een marktplaats waar auteurs zelf hun boeken of andere producten kunnen verkopen. Een soort van eBay of marktplaats maar dan voor creatieve producten. Je uploadt je product en bepaalt zelf de prijs. Als iemand het koopt wordt er een hardcopy van gemaakt volgens jouw specificaties en verscheept naar de koper, wereldwijd. Ook heel geschikt voor syllabi van docenten etc.
De moeite waarde om eens naar te kijken.

Hmmm ...... worden we het dan toch met elkaar eens ??


Een beeld van postersessies

Een eenvoudige reportage:















Nog een voorbeeld:

LITRE




LITRE: Learning in a Technology-Rich Environment
Onderzoek naar de invloed van technologie op het leren van studenten.


Doel Universiteit m.b.t. technoly en onderwijs:
- verbeter het leren van de student m.b.v. technologie
- systemtisch effectiviteit van inzet technologie evalueren
- leren van de ervaring en successen met als doel opschalen naar universiteit breed gebruik

Resultaten tot nu toe (het geleerde):
a) technology enhances student learning by enriching content in various ways
b) technology facilitates communication, collaboration, feedback and interaction
c) technology enables new, flexible/adaptable learning
d) attitude of users towards technology is essential


Lessen m.b.t. het onderwijzen/leren met technologie:
1) Grootste winst hangt een op een samen met de manier waarop de docenten technologie onderwijskundig verantwoord en doordacht inzetten en hun studenten stimuleren en ruimte geven;
2) Infrastructuur en support zijn crucial;
3) het gebruik van technologie vraagt de nodige investering in tijd en 'requires university recognision and reward';
4) ze hebben enkele interssante lessen geleerd als het gaat om effectieve strategieen mbmtm de specifieke technologieen (ze vertelde alleen niet welke --> voor details zie hun website --> http://litre.ncsu.edu/

Voor hun student learning toolkit zie --> http: //litre.ncsu.edu/sltoolkit/litre_toolkit_final.htm

Feitelijk wat saaie presentatie ... ik ga er van uit dat de webverwijzingen nog nuttige dingen zullen opleveren.
OEPS .... IK WAS NET TE SNEL MET MIJN REACTIE ..... na het posten kwam er alsnog een leuk deel over een in second life ingerichte leeromgeving en een life interview met de avatar van een student die op dat moment in die leeromgeving rond hing.

Designing Spaces for New Media Literacy Learning

Kathleen Tyler, University of Texas, Austin


















This session investigates possibilities for the design of learning spaces in both the virtual and the built world.

New Media Literacy: The ability to access, analyze, evaluate and produce communication in a variety of forms.



Design elements for Learning:

Aims and purposes

Pedagogies

Intellectual resources

Built worlds

De spreekster benadrukt de samenhang tussen deze elementen. Begin met doelen en de onderwijskundige uitgangspunten, kies de daarbij passende resources (binnen en buiten het instituut, real world en virtual world).

Een aantal basisuitgangspunten voor gebouwen zie je in het filmpje.

Simulaties kunnen helpen om ideeen voor de werkelijke bouw uit te proberen, bijvoorbeeld door een virtuele leeromgeving in second life te bouwen.

Design spaces to serve learners...

Virtual Worlds as Web 2.0 Learning Spaces

Sarah 'Intellagirl' Robbins

Haar uitgangspunten:
Pedagogy first --> Technology second

Students first --> University Second

Who are our students:

Recent serieus research: 89% using email, 67% read news on line, 64% gebruikt MSN, 74% kijkt video's on line, 43% speelt games, 91% internet search for answers, 52% leest blogs, 60% send/recieve tekstmassages (gebruiken , 57% zoekt info over college op web, 100 - 1 gebruikt wikipedia / normale encyclopedie, benifit narcissme , flexible identity, quicly change different workplaces

Tomorrow's students:
have no medial hountings, (zie Sloane "haunting story of J" Passions and Pedagogies in the 21st Century), new learning models (niet meer zozeer visueel of tekstueel maar meer via links, netwerken, modelling, verkennen ... en dat allemaal tegelijkertijd ... kijk maar eens bijvoorbeeld naar de beeldschermen met wat wij noemen infooverload in hun gameomgeving of radius IM als shatomgeving of moderne infoverstrekking sportwedstrijden (de wedstreid en teintalle statistieken tegelijkertijd)

En nu --> reaching the net generation: 3 benaderingen!


1) social networking
- - > bijvoorbeedl: twitter, instant masaging, facebook (55% van de amerikaanse jeugd tussen 12 en 17 gebruikt sociale netwerken en is daar dagelijks meerdere keren ... en waar zijn wij? .. ontmoeten we ze daar?...) --> gewin: social, community, local/global, immediate.

2) Contributed Content - - > bijvoorbeeld: you tube, wikipedia --> gewin: participatory, community, Authentic, immediate

3) Multi User Virtual Environment
--> bijvoorbeeld: Second life (a prosumer authentic created world, self expression through avatars). Kracht van second life o.a.: Het geeft studenten wat ze willen: to be treated as "creators and doers" rather than "receptacles to be filled with content (Prensky); alternatieve community mogelijkheden; mogelijkheden tot het transformeren van ideeen; gedrag simuleren en waarnemen; reacties uittesten; role playing; changing roles in dramatic ways (en daarop reflecteren), zo kunnen ze bijvoorbeeld een rol aannemen uit en boek wat ze bestuderen of een historisch figuur of ...); interacting with fantasy; mogelijkheden tot 'critique and parody'. --> gewin: collaboration, creativity, authenticity, community, engagement

The equation: MUVE/Immersive + networks + participatory = new face of education


Een andere presentaite van Intellagirl : http://www.slideshare.net/intellagirl/unc-creating-engaging-collaborative-learning-spaces-in-second-life/

Schrik schrik

De temperatuur vanmorgen is gedaald tot 2 graden Celsius

dinsdag 29 januari 2008

Studenten verbeelden


Studenten hebben 'verbeeldingen' gemaakt van het gebruik van nieuwe technologie ten behoeve van het leren. Daar zitten hele leuke werkjes tussen.
Als het goed is worden die video's gepubliceerd binnen de ELI-site. Als ze beschikbaar zijn komen ze hier wel te staan. Nu even een paar foto's van de ruimte waarin je met de studenten kon bakkelijen over wat ze gedaan hebben, waarom, wat ze ervaren hebben en waar ze kansen en mogelijkheden zien.
Overigens heel leuk, een congres waar de studenten expliciet podium krijgen!



De ruimte moet een verbeeldcing
zijn van een nieuwe leeromgeving.